Begin dit jaar bleek uit een rapport van de WHO dat tachtig procent van de jongeren te weinig beweging krijgt. Echter blijkt dat we het in Nederland vorig jaar over het algemeen nog niet zo slecht hebben gedaan. In 2019 voldeed bijna de helft van de Nederlanders vanaf 4 jaar aan de beweegrichtlijnen van de Gezondheidsraad, wat dus betekent dat zij voldoende beweging kregen. Dat blijkt uit cijfers van de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor 2019 van het CBS, in samenwerking met het RIVM.
Beweegrichtlijnen: voldoende beweging
Volwassenen moeten volgens de richtlijnen van de Gezondheidsraad elke week minimaal 2,5 uur matig intensief bewegen. Daarnaast worden spier- en botversterkende activiteiten aangeraden om het risico op onder andere chronische ziekten en depressie te reduceren. Voor kinderen geldt dagelijks minimaal een uur beweging als advies.
Ruim de helft van de Nederlanders sport wekelijks
Uit het onderzoek bleek dat 82% van de Nederlanders vanaf 4 jaar in 2019 voldoende bot- en spierversterkende oefeningen uitvoerde. 54% voldeed aan de richtlijnen voor matig intensieve inspanning per week. Hetzelfde aantal (54%) gaf aan elke week te sporten. Van alle ondervraagden die aan de beweegrichtlijnen voldeden, had bijna 54% een abonnement of lidmaatschap bij een sportvereniging. Dit ten opzichte van tegen 32% van hen die niet aan die richtlijnen voldeden.
Jongeren bewogen vorig jaar meer dan in 2018
Ondanks het feit dat mensen in de leeftijdscategorie van 12-18 jaar met 41% in mindere mate aan de beweegrichtlijnen voldeden, zijn ze er wel op vooruit gegaan; in 2018 lag dit cijfer namelijk nog op 34%. Bovendien deden de meeste ondervraagde in deze leeftijdscategorie hen wekelijks aan sport, namelijk 71% ten opzichte van 35% van de ouderen (65-plussers).